Nokia N900 - Mail for Exchange-instellingen

background image

Mail for Exchange-instellingen

Selecteer

>

E-mail

. Open het menu en selecteer

Account bewerken

>

Mail for Exchange

.

Synchronisatiegegevens weergeven

Selecteer

Details

. Het aantal items dat is toegevoegd,

bijgewerkt of verwijderd bij de laatste synchronisatie, wordt

weergegeven.

Selecteer

Instellingen

om instellingen van Mail for Exchange

te wijzigen en maak uw keuze uit de volgende opties:
Synchronisatieschema

Starttijd (piek) en Eindtijd (piek) — Selecteer een start- en

eindtijd voor de piekperiode.

Piekdagen — Selecteer de dagen van de week waarop u de

piektijden wilt toepassen. U moet minimaal één dag

selecteren.

Piekschema — Selecteer een synchronisatie-interval voor

piekperioden. Als u

Altijd aan

selecteert, worden nieuwe

ontvangen berichten en andere wijzigingen op de server

zonder vertraging naar het apparaat gepusht.

Schema (geen piekschema) — Selecteer een

synchronisatie-interval voor buiten piekperioden.
Verbinding

Server — Bewerk het adres van de Exchange-server.

Poort — Bewerk het poortnummer voor de Exchange-

serververbinding.

Beveiligde verbinding — Gebruik een beveiligde

verbinding.

E-mail 81

© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.

background image

Conflicten oplossen — Definieer welk item wordt bewaard

wanneer dit zowel op het apparaat als op de server is bewerkt

na de laatste synchronisatie.
Referenties

Gebruikersnaam — Bewerk uw gebruikersnaam voor de

Exchange-server.

Wachtwoord — Bewerk uw wachtwoord voor de Exchange-

server.

Domein — Bewerk uw domein op de Exchange-server.
E-mail

E-mail synchroniseren — E-mailsynchronisatie

inschakelen.

E-mailadres — Bewerk uw e-mailadres.

Accounttitel — Bewerk de accounttitel.

Handtekening — Gebruik een handtekening in de e-

mailberichten die worden verzonden vanaf uw Mail for

Exchange-account.

Berichten synchroniseren tot — Definieer hoe oude

berichten worden gesynchroniseerd met de server.

Tijdens het verzenden van e-mails — Definieer of

uitgaande berichten direct worden verzonden of pas na de

volgende synchronisatie.

Kalender en taken

Kalender en taken synchroniseren — Kalender- en

taaksynchronisatie inschakelen.

Kalender — Definieer welke kalender wordt gebruikt voor

Mail for Exchange.

Kalender synchroniseren tot — Definieer hoe oude

kalendergebeurtenissen en taken worden gesynchroniseerd

met de server.

Voltooide taken synchroniseren — Voltooide taken

opnemen in de synchronisatie.
Contacten

Contactpersonen synchroniseren

— Contactsynchronisatie inschakelen.

Eerste synchronisatie — Definieer of alle lokaal opgeslagen

contacten worden verwijderd, als het apparaat voor de eerste

keer met de server wordt gesynchroniseerd.
Opnieuw synchroniseren

Volledig opnieuw synchroniseren — Beginnen met het

volledig opnieuw synchroniseren.
De beschikbare opties kunnen verschillen.